Jesse Doornenbal (29) is auteur en spreker op het snijvlak van filosofie, poëzie en literatuur. Hij is werkzaam als docent aan het Instituut Politieke Wetenschap aan de Universiteit Leiden en schrijft bij het Instituut Wijsbegeerte een proefschrift over de notie van ontvankelijkheid in het denken van Nietzsche.
Denken en leven zijn vervlochten: we denken over datgene waarmee we in het leven geconfronteerd worden, maar ons leven krijgt tegelijk meer diepte doordat we er over kunnen denken. Zo dacht Jesse al op jonge leeftijd na over levensvragen. Door zijn christelijke opvoeding werd hij geconfronteerd met vragen over de leer van de uitverkiezing, erfzonde en het probleem van het kwaad en lijden. Toen hij filosofie ging studeren kon hij deze vragen niet slechts op een religieuze manier aangaan, maar moest hij ze ook filosofisch overdenken. Een existentiële crisis volgde waardoor ook zijn opvattingen over en zijn ervaring van het leven veranderde.
Het denken van Friedrich Nietzsche was voor hem als de verboden vrucht van kennis, waardoor zijn oude wereldbeeld op losse schroeven kwam te staan en de dingen hun voorbestemde zin verloren. Met het verlies van zijn geloof in de christelijke God, verdween het probleem van het lijden niet. Als God niet langer verantwoordelijk gehouden kan worden voor het kwaad en lijden wordt immers het leven zelf verdacht. In zijn masterscriptie bestudeerde Jesse de ontwikkeling van Nietzsches pessimisme. Het leerde hem dat ieder pessimistisch waardeoordeel over het leven is gebaseerd op een waarde (moraal) en een opvatting over de aard van het leven (waarheidsclaim). Het resultaat van het onderzoek werd uitgewerkt tot het artikel Nietzsches worsteling met het pessimisme.
Hoewel Nietzsche bekend staat als de filosoof die God doodverklaarde, meent Jesse toch niet dat hij het einde van religiositeit als zodanig aankondigt. De “oude goden” zijn dood en het beroep op autoriteit vindt terecht geen weerklank meer. Maar deze kritiek kan ook gelezen worden als een zuivering van de religieuze levenshouding, waardoor slechts overblijft wat werkelijk van waarde is. Toch is het niet duidelijk wat een geloofwaardig religieuze levenshouding inhoudt, wanneer dogmatisme of romantisch wensdenken overwonnen zijn. Door de literatuur van o.a. Hermann Broch en de poëzie van Rainer Maria Rilke is Jesse op zoek naar nieuwe denkwegen over openheid voor het leven, om te ontsnappen aan het heersende vertoog van macht en zelfgerichtheid. In zijn proefschrift onderzoekt hij deze momenten van openheid in het denken van Nietzsche, die normaal toch met name bekend staat om zijn machtsdenken. Kan macht en openheid, leven en religiositeit, samengedacht worden?
Contact: jessedoornenbal@hotmail.com